maandag 18 maart 2013

Feedback

Je hoeft geen moeder te zijn om toch van het fenomeen gehoord te hebben: de vaders langs de kant van het voetbalveld die hun zoon 'aanmoedigen' en 'tips' geven. Tussen aanhalingstekens omdat:
  •  'Aanmoedigen' zou moeten aanmoedigen en niet ontmoedigen.
  • 'Schop nou eens tegen die bal', 'Loop nou eens door' & 'Sta daar niet als een standbeeld maar te staan' zijn geen tips. Dat noemen we kritiek.
Ik ken geen voetbalvaders of voetbalmoeders, want die schijnen ook te bestaan. Bij de anderhalf uur durende basketbaltraining lees ik een boek. Andere ouders gaan weer terug naar huis, drinken koffie of kijken anderhalf uur lang doodstil. Knap vind ik dat, anderhalf uur kijken naar dribbelende kinderen, zelfs al is het je eigen kind. Bij basketbal zijn het met name vaders. Fijne stille vaders.

Hoe anders is zwemles. Eerst zat ik boven op de tribune. Zwemles duurt 50 minuten en als je dochter in een nieuw badje zit is het enigszins boeiend om naar te kijken. Bij het zevende baantje 'kikkertje, visje, hap' lees ik toch verder waar ik vorige week bij basketbal gebleven was. Dat wil zeggen: als ik de kans krijg om ook maar een letter te lezen. Ik zat boven, op de tribune en voor dat ik mijn boek open deed keek ik opzij. Dom dom dom. Ik maakte oogcontact met mijn buurvrouw. Toen stak ze van wal. Over alle badjes die haar kind al gehad had, over oorontstekingen, buisjes, afwezige vaders, borstcrawl, roze oordoppen, badpak versus bikini, boze schooljuffen en tot overmaat van ramp: rammelende eierstokken. Geen letter gelezen.
Week erop maar aan de andere kant van de tribune gaan zitten. Meteen met mijn hoofd achter een dik tijdschrift. 'Hallo! Ik ben er ook weer hoor!' Wat een overbodige mededeling. Ze was er weer. Fijn. Bloedende oren, kan dat?

Deze week dacht ik slim te zijn, niks tribune, ik blijf gewoon beneden achter het glas zitten! Kan ik alles zien, is het minder heet EN kletskous had ik al naar boven zien gaan. Mooi! Dacht ik..
Vijftig minuten lang heb ik naast een gebarende, mopperende en vooral diep zuchtende moeder gezeten mét een blèrende peuter. Door het geblèr van haar peuter door kon ik haar horen zuchten met daarna de opmerking 'Wat is ze nou toch allemaal aan het doen?'. Heftig gebarend (mijn boek viel haast van mijn schoot zo schrok ik de eerste keer) naar haar dochter die 200 meter verderop niet hard genoeg zwom. Het enige kind met een badmuts op overigens. Ik keek het eens aan. Kind zwom gewoon. Op haar buik, daarna op haar rug. Ze was niet de snelste, niet de langzaamste. Ze ging soms wat scheef. Als ik dat zag, leunde ik alvast opzij, om de heftig gebarende armen van moeder te ontwijken. 'Zwem nou toch eens recht! Wat ben je toch allemaal aan het doen?!'
Was het de bedoeling dat ik daar antwoord op gaf? Ze was aan het zwemmen, beetje scheef, maar op je rug zwemmen en kijken waar je heen gaat is ook heel erg moeilijk.
Ondertussen had de huilende peuter zijn schoenen uitgetrokken. 'Die ga je zelf maar weer aantrekken!' Succes dacht ik nog, kind kan nog niet eens lopen.
De les was afgelopen, de kinderen mochten nog even in het water spelen. Gebaarmoeder gebaarde dat haar dochter niet mocht spelen. Trok dochter zich uiteraard niets van aan. Dus moeder gilt door het glas: 'Onder de douche jij, als je eens je best gaat doen mag je spelen!'. Kind kijkt, ziet een rood aangelopen moeder en draait zich om richting glijbaan. Wat een leuk kind!
In de kleedkamer staat Gebaarmoeder aan de andere kant, maar ik kan haar commentaar duidelijk horen. 'Je doet niet zó, maar zó en dat is niet goed! Wat had ik nou gezegd?'
Toegegeven, ik ben ook niet na iedere zwemles heel erg vrolijk. Als je in de snikhitte ziet dat de kleine dame lekker zit te kletsen met de buurvrouw iedere keer als de badjuffrouw niet oplet, dan kun je weleens geïrriteerd raken. Als je wilt dat je kind voor haar achttiende haar A diploma haalt, dan moet je af en toe even een kritische noot plaatsen. 'Af en toe' en 'even' kwamen niet in het woordenboek van deze moeder voor. Terwijl ze voor staat te doen hoe haar dochter voortaan moet duiken, staat haar dochter met haar duim in haar mond de andere kant op te kijken. 'Let nou eens op! Dat bedoel ik nou, jij let nooit op. Hoe moet je zo nou ooit iets leren? Kijk naar me, nu! Kijk hoe je moet duiken, ik doe het nog 1 keer voor.'
Eigenlijk wil ik er iets van zeggen. Vragen of ze zelf denkt dat dit gaat helpen. Of ze weleens van 'opbouwende kritiek' heeft gehoord en vooral: of er nog een einde komt aan haar tirade, want het begint mij toch ook echt behoorlijk te irriteren.
Ik hou me in. Want, leuk nieuws! Onze eigen kleine meid is door naar badje 3!
Vier weken geleden dacht ik nog dat ik een eigen stoel zou krijgen naast het zwembad, maar door toch een beetje streng te zijn en extra te oefenen met mama vind ze duiken niet meer eng, maar heel erg leuk! En door het gat zwemmen is niet langer reden tot buikpijn, maar een teleurstelling als het een keertje niet hoeft.
Om een beetje tegenwicht te bieden aan Gebaarmoeder en hopend misschien het goede voorbeeld te geven heb ik extra complimentjes gegeven. 'Zie je wel, oefenen helpt! Je hebt het hartstikke goed gedaan!'

Nog een week de tijd om na te denken waar ik volgende les zal gaan zitten...

dinsdag 22 januari 2013

Vrouwenstreken

Mijn vader heeft twee dochters en een vrouw natuurlijk.
Toen ik vertelde wat onze kleine meid deze week had uitgespookt zei hij dan ook meteen: 'Sja, dat zijn vrouwenstreken!'. En verdomd, hij heeft gelijk.

Na twee weken vakantie is het voor de kids altijd weer even wennen thuis. Ze zijn veel bij hun moeder geweest, leuke feestdagen gehad, lang opblijven en veel spelen. Thuis is het weer op tijd op, ontbijten, naar school en op tijd naar bed. We eten ook weer 'gewoon eten'. Geen gourmet, pannenkoeken en frietjes in 1 week. Dat vraagt wat aanpassingsvermogen. Waar hij een grote mond geeft (en daarna meteen sorry zegt), geeft zij je een blik waar je haast dood van neer zou vallen. Een sorry kun je vergeten.
Hij stampt op de trap of gooit toch met de bal door de kamer. Zij doet haar armen over elkaar en vertikt om nog iets te doen.

Ze heeft ook nog een andere tactiek, volgens mij speciaal ontwikkeld om mij op de kast te krijgen: me vertellen wat ik moet doen of vragen waarom ik iets doe. 'Waarom smeer je de boterhammen met dat mes, we hebben toch ook een ander mes?'
'Je kunt beter die andere bekers pakken, die zijn leuker.' 'Waarom doe je de boter zo dik?' 'Smeer papa zijn boterham ook maar alvast, dan kan hij zo meteen eten.' 'Pak je even mijn tas in?' 'Margje, pak je mijn jas nog van de kapstok? Ik sta hier al de hele tijd te wachten. En als je dan mijn jas pakt, pak dan meteen die van mijn broer.'
Tussen de middag herhaalt zich het hele tafereel. Ik krijg les in hoe ik de bordjes op tafel moet zetten, tot welke hoogte de melk in de bekers moet (dit schijn ik al tijden verkeerd te doen) en krijg tips over welk fruit ik beter kan kopen en wanneer. (want peren doen er langer over om rijp te worden)
Tijdens de lunch vertikt ze het om haar brood op te eten. Met moeite krijg ik er in drie kwartier 2 boterhammen in, een beker melk en een stuk fruit. Dat was wel 40 minuten vragen of ze wou eten. Waarbij ik toch de melk niet goed had ingeschonken, ik het verkeerde vlees had gekocht en de chocoladepasta een raar smaakje had.
's Middags begint ze al bij het terug lopen naar huis: 'Waarom stond je naast de moeder van Anna op het schoolplein?' 'Waarom lopen we altijd zo terug?'
Ik had me voorgenomen het nooit te zeggen maar ik doe het toch: 'Daarom!'
'Maar Margje, 'daarom' is helemaal geen antwoord!'.
Dat kan ik weerleggen. 'Daarom is reden, maar +wel een antwoord, het is een kort antwoord en je hebt er niets aan, maar het is wél een antwoord!'
'Niet'
'Wel'
'Niet'
'Wel'
'Niet'
'Daarom is wél een antwoord en daarmee is het klaar!' zeg ik streng en iets harder dan nodig.
Ik krijg een vernietigende blik en zie haar lippen het woord 'niet' maken. Ik besluit dat ik dat niet gezien heb. Ik spreek mezelf nog even streng toe. Wedijveren met een kind van net 6 over of 'daarom' een antwoord is en dan nog boos worden ook, ben ik nou volwassen?

De volgende dag hebben we het 'geval toetje'.
Al een paar dagen een uitdaging. Ze kan kiezen uit twee soorten vla. Ze wil ze geen van beide. Maar het is zuiveldag vandaag. Ik vraag haar om te kiezen, ze kijkt me boos aan en zegt nog een keer 'geen-van-beide!'. Mijn geduld is aardig op. Ik zeg dat ze kan kiezen en dat ik anders kies, maar dat ze toch een toetje moet eten. Ik krijg geen antwoord. Prima. Haar broer wil graag Vlaflip, haar vader ook en dus is het pak leeg en krijgt zij Bolletjesvla. Zodra ze het bakje voor haar neus heeft word ze boos. Want net toen ik het inschonk voor haar had ze willen zeggen dat ze Vlaflip wou, maar dat was ze vergeten. Ik geloof er niks van en zeg dat ze pech gehad heeft, ze heeft kunnen kiezen, ze koos niet en dus heeft ze nu bolletjesvla. Eet smakelijk.
En hier dames en heren is waar papa denkt, 'kom laat ik het eens oplossen'. Dat dacht papa niet vóór dat ik drie keer had gevraagd wat voor toetje zijn dochter wou, of toen ze geen antwoord gaf, of toen ik toch maar bolletjesvla in schonk, nee dat dacht meneer uitgerekend nu. Hij neemt een grote hap van zijn bakje vlaflip zodat er minder in het bakje zit en ruilt hem om met de bolletjevla van dochterlief. 'Zo beter?' vraagt hij. Met een uitgestreken glimlach naar mij zegt ze 'Ja pappie, dankjewel!'.
Van binnen ontplof ik en ik zeg zo rustig als mogelijk dat dit me nou niet zo'n goed idee lijkt. Maar het leed was al geschiedt, ik kook rustig verder in mijn eigen sop gaar.
De toetjes zijn op. Papa gaat boven nog even wat pakken.
De kleine meid komt naast me staan en vraagt met een heel lief stemmetje: 'Margje, ga jij zo met mijn broer naar basketbal of gaat papa mee?'. Ik zeg dat ik waarschijnlijk ga. Ze kijkt me aan en zegt: 'Oh joepie, dan ben ik lekker met pappie..'. Ik geef mijn breedste glimlach terug en zeg 'Ja, fijn.' Ik denk hele andere dingen.
'S avonds heb ik het er nog met hun vader over. Hij begreep wel dat het minder handig was, maar ze heeft toch haar toetje op gegeten en daar gaat het toch om? En verder is gewoon een meid.

De volgende ochtend word ik goed geobserveerd terwijl ik de tassen in pak voor school. Er gaat een pakje drinken in en voor allebei een mandarijn. Ze ziet me de tassen inpakken en wegzetten. Even later vraagt ze aan haar broer: 'Weet jij wat we meekrijgen naar school?' Hij zegt 'nee' en gaat verder met waar hij mee bezig was. Dan vraagt ze het opnieuw 'Vraag anders even wat we meekrijgen naar school als lekkers'. En dat doet hij. Ik antwoord met 'een mandarijn' en hij begint meteen te protesteren. 'Ik lust die mandarijnen niet, er zitten pitjes in en sommige zijn zuur!'.
En wie zit er met een grote grijns op haar gezicht?
Precies..

De dag erna was het over. Ik werd weer geknuffeld, ze at haar toetje en wou zelfs wat meer. Ze wilde spelletjes spelen en was lief voor haar broer.
Helemaal over.
Net 6, maar al helemaal een echte meid!

vrijdag 4 januari 2013

Een jaar voorbij

2013. Vorig jaar om deze tijd had ik al veel over de kinderen gehoord, maar ze nog nooit gezien.
3 februari 2012 ontmoette ik de kids. Hun moeder was erbij, dat was fijn voor ze. Hun papa had een nieuwe vriendin. Best eng.
W. was vooral heel opgelucht dat ik geen haakneus had en ook nog eens aardig was. Want als ik ging trouwen met hun vader, dan was ik een stiefmoeder. En stiefmoeder, over het algemeen krengen. Weet iedereen, sprookjes vertellen dat al.
Vanaf toen ging het snel. Vriendlief en ik hadden afgesproken het rustig aan te doen, voor de kinderen. Maar daar wilde de kinderen niets van weten. De tweede keer dat ik er was vroegen ze of ik wilde blijven logeren. Drie weken heb ik dat afgehouden. Toen heb ik ze toch eens gevraagd waar ze dachten dat ik dan zou slapen. 'Bij papa in bed natuurlijk!' Oké, zo wijs waren ze dus! Ze vulde het nog even aan met: 'Mama sliep ook naast papa, maar mama woont hier niet meer, dus kan jij er gewoon slapen.' Logisch.
Van 1 nachtje kwamen we al snel meer nachtjes en we hadden het gewoon leuk met elkaar. Ik ging nog wel eens in mijn eigen huis slapen, maar dat beviel de kinderen niet, vriendlief niet en mij ook niet. Al snel ging ik niet meer weg.
En als ik toch thuis was, konden ze tussen de middag ook thuis eten in plaats van overblijven. En met het nieuwe schooljaar is ook de naschoolse opvang gestopt. En zo ben ik in pakweg 7 maanden van kinderloos naar verzorgen van twee kids gegaan! En wat ben ik gek geworden op die twee dondersteentjes!

In December konden we het gehele samengestelde gezin idee eens goed testen. Beide kids jarig, precies twee weken van elkaar en daarnaast Sinterklaas, Kerst en Oud en Nieuw.
Er zijn dingen waar je je moeilijk op voor kunt bereiden. Je doet je best, maar hoe het uiteindelijk gaat uitpakken, dat weet je niet. Dit waren massa's 'eerste keren'.
Mijn zus leeft altijd met mij mee en is hartstikke partijdig. Ze is altijd voor haar zus en tegen de rest van de wereld. Zoals het hoort dus. Overigens is dat geheel wederzijds.
Samengestelde verjaardagen van de kids zijn namelijk best raar. Voor de kinderen maak je er 1 groot feest van. Maar dat betekend dat hun moeder met heel mijn familie moet dealen en dat ik met de hele familie van hun moeder moet dealen. Het huis waar ze vroeger met zijn vieren in woonde, daar woon ik nu. Ik doe nu de deur open, schenk koffie en thee en vraag wie er gebak wil. Nogal een verandering in rollen. En dat gaat niemand in de koude kleren zitten.
Ook de kinderen niet. Ze zien dat het eigenlijk heel goed gaat, mama met vriend en papa met Margje en alle familie van iedereen bij elkaar. Iedereen is aardig en lacht.
Dus hadden de kids een idee. Als mama en haar vriend nou gewoon bij ons kwamen wonen? Prima idee toch? En zoonlief vond eigenlijk wel dat de vriend van mama (laten we hem R. noemen) heel goed bij mij paste! We leken wel verliefd, zo vertelde hij.
'S Avonds was het toch een beetje huilen. Want mama ging weer naar huis en we hadden het zo gezellig gehad.

Verdriet op kinderbekjes breekt je hart. Bijna zou ik willen dat hun vader en hun moeder het konden bijleggen en dat ze samen weer gelukkig konden worden. Dat de kids dan niet meer verdrietig hoefde te zijn. Dat ik niet meer de vraag zou krijgen of ik alsjeblieft wil beloven dat ik altijd van papa zal blijven houden en dat ik niet weg zal gaan. Of dood.
Ik ga niet weg en hopelijk ook niet dood. En ik zal altijd van hun papa houden, daar zal ik alles aan doen.

De kids raken zo ook nog eens precies de gevoelige snaar van bonusmoeder zijn. Eigenlijk ben je namelijk niet nodig. Je bent er alleen maar bij omdat twee andere mensen er niet meer samen uitkwamen. Je bent mogelijk gemaakt door verdriet en pijn en narigheid.

En toch, ondanks de dagen die zo leuk en zo lastig tegelijk zijn, zou ik het voor geen goud willen missen.

Ik ben wel heel blij met mijn zus, waar ik zonder me in te houden zo af en toe eens lekker mag mopperen over hoe moeilijk ik het eigenlijk wel niet heb! Lekker egoïstisch mopperen en schelden en dan nog groot gelijk krijgen van mijn zus ook!
En dat werkt zo goed dat je daarna weer heel goed kan relativeren en je in kan leven in anderen.
Want ieder verhaal heeft net zoveel kanten als mensen die deel uitmaken van het verhaal.


donderdag 13 december 2012

Irritante eigenschappen van kinderen

Kerst komt eraan, iedereen is weer in positieve sferen. Mensen geven geld uit als water aan lekker eten en kadootjes.
Natuurlijk heel erg leuk, al die positiviteit en goed voor de economie enzo, maar ik krijg er altijd een beetje braakneigingen van.

Daarom dit keer een blog geweid aan alle vervelende, irritante en tenenkrommende eigenschappen van kinderen of momenten met kinderen.
Dan denk je misschien 'nou wat negatief zeg! Wat is er nou  leuker dan kinderen?' Of je denkt: 'Ja hoor eens, dan had je maar geen bonusmoeder moeten worden.'
Daar kan ik heel simpel op antwoorden: weinig dingen zijn leuker dan kinderen, maar ook weinig dingen kunnen zo goed het bloed onder je nagels vandaan halen dan kinderen.
En zoals mijn moeder zou zeggen: 'Kinderen neem je niet, die krijg je.'

Ik heb het zojuist even bijgehouden, in het laatste kwartier is mijn naam 11 keer gevallen. In alle 11 gevallen gevolgd door een vraag. Ik geef enkele voorbeelden.
'Margje, mag ik een snoepje?'
'Maar Margje, waarom mag ik dan geen snoepje?'
'Margje.. Margje.. Maaaaarrrgje! hoorde je me niet of zo?'
'Margje, waarom zet jij je schoenen eigenlijk voor die van mij?'
'Margje, wat gaan we eten?'
'Maar Margje, je weet toch dat ik dat niet lust?!'
'Margje, waarom schenk je mijn beker melk zo vol?'
'Margje, mag ik op de N?'
'Margje, waar zijn mijn stiften?'
'Margje, wil je even een blaadje voor me pakken?'

En zo kan ik gerust nog wel even doorgaan.
Ik ben hondentrainer en leer mijn cursisten altijd de naam van hun pup alleen in positieve zin te gebruiken en hem niet zo vaak te herhalen. Dan luisteren ze er namelijk niet meer naar. Ik geloof dat dit ook zo bij mensen werkt.

Mijn naam wordt niet altijd gevolgd door een vraag, maar ook regelmatig door advies.
'Margje, als je mijn brood smeert, dan moet je de boter wel goed over de boterham verspreiden, want daar, links onder, voor jou rechts, daar zit maar heel weinig. Zie je wel?'

'Margje, je kunt de poesjes beter nu eten geven, ze zeiden net tegen me dat ze honger hebben.'

'Margje, je doet teveel tandpasta op mijn tandenborstel. Het bolletje tandpasta moet zo groot zijn als een erwt. Kijk, dit is groter dan een erwt en hij is ook nog eens plat aan 1 kant. Een te grote plat gestampte erwt. Zo hoort het niet.'

Oke, om de laatste kan ik ook best lachen. Maar er word mij ook gevraagd waarom ik eigenlijk eerst mijn rechterschoen aandoe en dan pas mijn linker. Waarom ik boodschappen doe op maandagmiddag. En wat ik eigenlijk doe als zij naar school zijn, dan heb ik toch alle tijd?

Mijn vader zegt altijd: 'leren is herhalen'.
Hij had er wel eens bij mogen zeggen dat dit betekend dat je maanden achter elkaar iedere dag hetzelfde moet herhalen. Niet met ballen in huis spelen, natte schoenen in de gang uittrekken, niet op Biko springen, boven je bord eten en zo kan ik nog wel even doorgaan.

Maar met stip bovenaan mijn ergernissenlijstje staat toch wel 'dingen aan me vragen terwijl ik bezig ben'.
Standaard iedere dag, als ik met mijn handen vol sta met kleurwerken, tassen en de hondenriem, krijg ik de vraag of ik even hun jas wil ophangen. En iedere dag zeg ik weer: 'kijk ik heb mijn handen vol, dat gaat nu even niet.'
Als ik sta te koken, pannen op het vuur, afzuigkap aan, dan komen de vragen of ik even hier naar wil kijken, of even naar dit verhaal wil luisteren. En die vragen komen vanuit de woonkamer. Ik kan ze dus niet verstaan, loop uit de keuken om te vragen wat er is krijg dan te horen 'Wist je dat Mario ook in Luigi kan veranderen?'
Probeer is een boek te lezen, of een simpel tijdschrift. Lukt niet.
Als ze al geen vragen aan je hebben, dan gaan ze dingen doen die niet mogen, je hebt namelijk niet je gehele aandacht bij de kinderen. Slimme wezens zijn het.

Laat ik afsluiten met het hoofdstuk: smoesjes.
Als het tijd is om hun kamer op te ruimen, dan hebben we eerst niet zo'n zin. Daarna kunnen we het niet alleen. Dan komen de fysieke ongemakken: 'ik heb hoofdpijn, buikpijn, ben misselijk, moet naar de wc.'
Over dat naar de wc moeten. Dat moet altijd vlak voordat je weg moet. Je vraagt het tien minuten voor je weg wilt, maar dan moeten ze niet. Nee, ze moeten als je weg moet. En dan moeten ze 9 van de 10 keer ook nog poepen.

Gisteren hoorde ik mijn naam voor de, gok ik, 376e keer die dag. Geen vraag, maar een hele lieve zin. 'Margje, ik hou van jou.'
 

donderdag 22 november 2012

Lang Leve Klittenband

De kinderen hadden van hun moeder voor de Grote vakantie beide een opdracht gekregen.
Zij zou leren goed te fietsen zonder zijwieltjes en hij zou leren veters strikken.
Beide hebben hun diploma hiervoor behaald, mét bijbehorend kadootje!

Na de vakantie weer tijd voor school. Gympen bleken helemaal uitgelopen te zijn, maar wat een geluk, we hadden nog een paar hele goede stoere jongensschoenen liggen, precies de goede maat. Met veters, dat wel.
Hun vader waarschuwde me nog: 'Met veters, dat is niet zo handig.' Een opmerking die ik ter harte had moeten nemen. In plaats daarvan wuifde ik de opmerking achteloos weg 'Ach hij heeft zijn veterstrikdiploma gehaald. En van oefenen leert hij juist.'
Ik vond het zeer opvoedkundig van mezelf eigenlijk. Nou dan zouden we wat meer moeten doen om zijn schoenen aan te krijgen? Dat doe je voor je kind!
En ik ergerde me toch al zo in de schoenwinkel. Haast geen schoen te vinden zonder sluiting van klittenband. Wat natuurlijk na twee maanden los laat en dan heb je schoenen die niet meer dicht kunnen.

Maar wat wist ik er eigenlijk van?
He-le-maal niets!
Soms kun je als bonusmoeder een frisse kijk op zaken geven. Soms kun je gewoon beter luisteren naar wat een ervaren ouder te vertellen heeft.
En uiteraard: van te voren staat er niet bij of jij nou die frisse kijk hebt, of dat het vooral een naïeve kijk op de betreffende zaak betreft.

Vol goede moed laat ik de schoenen zien. 'Mooi he!'
Antwoord: 'Ze zijn met veters en ik vind ze stom.'
Uiteraard liet ik mij niet ontmoedigen.
'Stom? Het zijn schoenen die mensen in het leger ook dragen. Heel stoer dus. En je kan nu veters strikken, je hebt je diploma gehaald!'
Dat hele leger verhaal, dat was best stoer. Maar dat veters strikken...
'Ik heb nog helemaal mijn diploma niet gehad hoor, alleen het kadootje van mama.'
Ik moest even nadenken. 'Maarre.. als jij het kadootje hebt gekregen, dan kan je veters strikken. Zo niet, dan moet je het kadootje eigenlijk weer teruggeven tot je wel je veters kan strikken.'
Boze blik en het kadootje stond bij mama en alleen als hij óók het diploma had, dan moest hij kunnen veters strikken. Met andere woorden: veters ga ik niet strikken en zie jij dat kadootje maar eens terug te krijgen, want het staat bij mama.

En dan maak ik ook nog een superblunder.

De manier waarop hij zijn veters strikte kende ik nog niet. Hij maakt eerst twee lusjes en doet daar dan een knoop in. Dus ik zei 'wat doe je nou? dat is een rare manier van veters strikken.' Ik had moeten zeggen 'aparte' of 'andere', maar net nu was ik niet zo diplomatiek.
Hartverscheurend gehuil. 'Zhoho heb ik het vahan maahhmhhhaaa geleerheeeheeerd.'
Woeps.
Ik en mijn grote mond.
Ik bied mijn excuus aan, zeg dat ik het niet zo bedoelde en dat dit natuurlijk ook een heel handige manier is om veters te strikken.

Het heeft middagen, uren geduld, 1653 keer voordoen, 1878 keer na laten doen en precies 1 blunder gekost. Dan komt papa thuis. We zijn nog aan het oefenen.
En met 1 opmerking, leert papa even hoe het moet.
Hij staat even te kijken en zegt dan: 'Nou, let eens op, je maakt dus met 1 veter een konijnenoor, daar haal je de andere veter omheen, dan maak je het andere konijnenoor door die veter en onderdoor te halen en dan trek je aan. Zie je, zo.'
Zoonlief kijkt er eens naar, pakt de veters en zegt: 'Bedoel je zo, een oor en dan eromheen met deze, en dan het andere oor door die eronderdoor. En dan trekken. Zo?'
Ja dus.
We zijn helemaal trots!

Tot de volgende ochtend, de middag, als we de hond gaan uitlaten, als hij naar basketbal moet en er weer vandaan en alle ochtenden, middagen en avonden daarna.
Zijn veters zijn te kort, of te lang, ze zitten scheef, hij krijgt ze niet los of vast, ze breken af, ze gaan te snel los, blijven te lang vast en strikken niet lekker.
Iedere keer als de schoenen aanmoeten kost het tien minuten. Tien minuten met gezeur wel te verstaan.  'Wil je me helpen?' 'Niet zo strak!' 'Niet zo los!' 'Het lukt ook noooooit' en 'Ik haat deze schoenen' zijn veelgehoorde uitspraken. Met gym is hij als laatste klaar door zijn schoenen. Wij komen te laat op school, door zijn schoenen.

Vandaag heb ik de knoop doorgehakt. Ik heb andere schoenen gekocht. Met klittenband.
Ik voel opluchting, bevrijding, een last die van mijn schouders afvalt.
Zijn vader en ik hebben besloten de oude schoenen ritueel te verbranden.
Hij bezit de vaardigheid om veters te kunnen strikken, alleen de uitvoering laat nog wat te wensen over. Maar met de jaren krijgt hij vast meer geduld.
En anders kan zijn vriendin misschien helpen?
Misschien is het opvoedkundig totaal niet verantwoord en leert hij zo nooit goed zelf zijn veters strikken. Maar nou en?
Dan loopt hij maar fijn de rest van zijn leven op schoenen met klittenband.
Er zijn ergere dingen!

maandag 19 november 2012

Ver·ant·woor·de·lijk (bijvoeglijk naamwoord)

´Ik deed het niet expres! Ik wou het helemaal niet doen, maar het gebeurde gewoon!´

Hij stond met een geheimzinnig lachje in de badkamer. Ik was hooguit een halve minuut de badkamer uit geweest. Ik had hem net afgedroogd en hij was bezig met zich aankleden. Daarna zou ik de puntjes van zijn haar aan de achterkant even knippen, tegen de klitten.
'Wat heb jij gedaan?' was mijn reactie op zijn geheimzinnige lachje.
'Niks!'
'Ik geloof er niets van!'
Hij begint te jammeren. 'Oké ik heb een stukje van mijn haar geknipt!'
Hij draait zich om en ik zie de andere kant van zijn gezicht, een heel stuk haar is schuin afgeknipt. 'Wat heb je nou gedaan?! Dat kan toch niet! Je kan toch niet zomaar een stuk van je haar afknippen!' zeg ik.
En toen kwam het. Een zee van excuses met als kern: hij kon er niets aan doen, het gebeurde gewoon en eigenlijk kon hij niet anders. En ik had tenslotte alvast de schaar gepakt om zijn puntjes te knippen.
Alle excuses heb ik uiteraard direct in de wind geslagen. Zijn haar moest een stuk korter en als straf heeft hij twee dagen niet mogen DSsen.

De volgende morgen echter, tref ik hem beneden aan, met zijn zus. Zijn zus op de DS die hem meteen uitzet als ik beneden ben. En normaal zit ze niet op de DS, normaal is ze aan het tekenen of lezen. Zijn naam plus de woorden 'heb jij' waren al genoeg om hem te laten opbiechten dat hij inderdaad op de DS van zijn zus had gespeeld, maar ook daar kon hij niets aan doen. De straf was namelijk oneerlijk. Want hij moet wel DSsen, zo leuk vind hij dat! Het was gewoon geen goede straf!

Die middag leek het mij een goed idee om het eens over 'verantwoordelijkheid' te hebben.
Ik vroeg hem of hij wist wat dat was 'verantwoordelijk zijn'. Ja, dat wist hij echt wel.
'Dan ben je de baas en bepaal je alles.'
'Het lijkt erop' leg ik uit, 'als je verantwoordelijk bent, dan moet je zorgen dat dingen goed gaan.' Bijvoorbeeld: 'ik ben verantwoordelijk voor jullie, dus als ik jullie alleen naar school zou laten lopen en je komt onder een auto, dan is dat mijn schuld, want ik ben verantwoordelijk voor jullie. Ik moet zorgen dat jullie veilig zijn en genoeg te eten krijgen en gezond ook.'
Dat klonk best logisch.
'Maar' ga ik veder, 'jij bent nu al bijna acht en dan ben je zelf verantwoordelijk voor de dingen die je doet. Bijvoorbeeld, als je gaat tekenen op de muur, waarvan je weet dat je dat niet mag, dan ben je daar verantwoordelijk voor. En als je een stuk van je haar afknipt, dan heb je dat zelf gedaan. Je hebt zelf de schaar gepakt en een stuk afgeknipt, zonder dat iemand zei dat het moest of mocht. Dan kun je niemand anders de schuld geven, dan ben jij daar verantwoordelijk voor.'
Snap je?
Hij begreep het volkomen. Geen vragen. Het was duidelijk.

Afgelopen middag wil ik de was uit de machine halen, tot mijn verbazing staat deze weer zijn programma af te werken. Niet lang daarvoor had Wolf brokjes voor Biko uit de werkkamer gepakt, dan moet hij langs de wasmachine.
Als ik hem vraag of hij aan de wasmachine heeft gezeten antwoord hij: 'Ja, ik ben verantwoordelijk!'

dinsdag 13 november 2012

Schoolpleinmaffia

Als kind keek ik op tegen volwassenen. Want die waren wijs. Die pesten niet, die weten dat je iedereen in hun waarde moet laten. Die snappen dat iedereen anders is.
Volwassenen en in het bijzonder Papa's en Mama's die weten alles.

 Hoe ouder je wordt, hoe meer je beseft dat dit zeker niet het geval is. Dat volwassenen niet alles weten en zelfs je ouders niet alles weten, dat kun je ze nog vergeven. Wie weet er nou alles? Maar dat volwassenen zo enorm kinderachtig kunnen zijn. Dat is een tegenvaller.

Na de middelbare school valt het op je beroepsopleiding al op dat er nog gepest wordt, studenten hun huiswerk niet maken als het niet echt moet en onder stages uit proberen te komen. Je zou denken dat ze leren voor zichzelf. Maar dat gaat lang niet voor iedereen op. Er zijn zelfs studenten die andere studenten pesten. Omdat ze puisten hebben, of ander soort kleding dragen of omdat ze stotteren. ´Wordt eens volwassen´ denk je dan.

Dan ga je werken, je vindt een baan, doet mee met de volwassenen. Je moet nog veel leren. Tot je verbazing, of tot mijn verbazing, misschien wisten jullie dit allemaal al, blijken er op het werk allemaal aparte groepjes te zijn. Het is net school. Niet ieder groepje kan zomaar bij elkaar. Je moet oppassen waar je gaat zitten in de kantine met je broodtrommeltje. Vijftigers die hun offertes niet willen laten uittikken door Ylena. Want Ylena zit tijdens de lunch altijd met John van de productie. En dat is toch zo'n eikel.

Het zou me niet verbaasd moeten hebben, maar wisten jullie dat op een schoolplein ook een strakke hiërarchie heerst? Het is 'The Godfather' zonder mannen en zonder geweren. Vrouwen houden meer van een koude oorlog. Met blikken en af en toe een sneer.
Dat moeders ook zo waren, ik had zo gehoopt van niet. Moeders, dat zijn toch die vrouwen die zo graag een kindje wilde en nog een. En die dan lekker tutten met die kindjes en ook nog wat opvoeding doen. Allemaal maatschappelijk/wetenschappelijk verantwoord enzo. Ze zijn tegen kleurstoffen en suiker en Cartoon Network. En ze hebben allemaal het beste voor met hun kinderen. En: ze geven altijd het goede voorbeeld.

Not.

Moeders zijn vrouwen en vrouwen zijn mensen.
Zo zijn er vaste groepjes op het schoolplein. Je hoort erbij of niet. Of je wilt er niet bij horen, dat kan ook.  Op het schoolplein heb je het eerste groepje bij de deur van de ingang van de school, meestal met dubbele kinderwagen. Dat zijn de moeders die denken dat kinderen en schooljuffen door een ienieminie-gaatje zo de school uit fladderen. Dat 200 kinderen geen ruimte nodig hebben om de school ook daadwerkelijk te verlaten. Waarschijnlijk zijn ze bang dat als ze iets verder van de ingang gaan staan hun kind weg fladdert en ze hem of haar nooit meer vinden.
Dan heb je de moeders (hier doen ook vaders aan mee) die aan het raam van de klas waar hun kind in zit gekluisterd staan. Inclusief tikken op het raam. Het is nog geen 12 uur en de juf is nog bezig. Desondanks zwaaien ze alsof ze hun kind drie weken niet gezien hebben. Deze ouders staat bij het afscheid 's ochtends ook nog 20 minuten door het raam afscheid te nemen.
Deze twee categorieën zijn irritant, maar niet schadelijk. Ze zeggen je vriendelijk gedag en zwaaien naar je als je ze ergens anders tegen komt. Ze maken een vriendelijk praatje met je en lijken ook oprecht geinteresseerd.

Dan heb je moeders die in echte groepjes staan verdeeld over het schoolplein.
Er is het alom bekende groepje in joggingpak/huispak. Voor je denkt: wat een sportieve moeders, zo zien ze er niet uit... Een paar dragen een legging, maar dat zou eigenlijk verboden moeten worden. Ik bedoel: er zijn kinderen bij.
Een stukje verder staat een ander groepje, het elite-groepje. De hoog opgeleide moeders met een heuse carrière die dit ook graag willen laten zien. Qua kleding herken je ze aan hun broekpak, al dan niet de krijtstreep versie. Hoge hakken eronder, als ze een riem dragen, heeft die dezelfde kleur als hun schoenen. Ze kijken constant op hun horloge en staan daarbij ongeduldig met 1 hak te tappen. Hun kinderen herken je ook zo. In plaats van een rugzak van Angry birds of de Muppets hebben ze een tasje van Lacoste. Over hun jas van Lacoste met daaronder een shirt van Lacoste en daaronder een broek van Lacoste. En je raadt het al, daaronder schoenen van: precies. Het groepje moeders praat niet met elkaar. Ze kijken alleen ongeduldig.
Ver van het elite-groepje, een beetje aan de rand van het schoolplein, staat een ander groepje. Een groepje waar je alleen met zonnebril naar kan kijken vanwege het zeer geblondeerde haar. Strakke spijkerbroeken en hippe schoenen horen daar helemaal bij. Ze praten weinig, ze zitten namelijk allemaal op hun Blackberry, Iphone of Samsung met elkaar te pingen en Whatsappen tegelijk.
Dan heb je het groepje Christelijken. Christenen zoeken elkaar overal ter wereld op, dus waarom niet op het schoolplein? Ze zetten nog net geen nederzetting neer, maar je hoeft ook niet te denken dat je er zomaar bij kan gaan staan. Tenzij je je wilt bekeren natuurlijk, dan ben je altijd welkom. Ook deze groep is simpel te herkennen: geen make-up, haren in de natuurlijk kleur (grijzig dus) en in een staart of knot. Sommige zijn wat hipper, die hebben hun haar los of zelfs kort geknipt! Gelukkig dan nog steeds herkenbaar aan de spijkerrok en het spijkerjasje met daaronder een hoog gesloten blouse en de platte schoenen maken het af. De Die-Hard Christen is dan ook nog zwanger of net bevallen.
Tussen al deze groepen in staan de Oma's. Soms met z'n tweeën, maar meestal alleen. Ze wachten geduldig op hun kleinkinderen. Ze hebben al een plastic tasje bij zich, voor de zekerheid, voor als er spulletjes mee naar huis mogen. Je herkent ze aan, dit is simpel: grijs haar en rimpels. Zoals een Oma eruit ziet zeg maar. En je kunt het begrijpen, zij hebben jaren in deze brij van moeders gestaan en staan er nu gewoon wéér.
Verder vind je op het schoolplein een enkele hippie, een verdwaalde vader, wat oppasmoeders en mijzelf.

Maar de schrik van de schoolpleinmoeders staat niet óp het schoolplein, maar ervoor. Deze groep staat bij de poort. Je moet langs ze als je het schoolplein op wilt.
Je kunt ze haast niet zien door de haag van rook. Maar als je goed kijkt, zie je dat ze of staan naast hun scooter, of erop zitten. Hun haar is kort en geverfd in een 'coupe soleil'. Ze roken al sinds hun 16e, dat zie je aan hun gezicht.. beetje gelig en gerimpeld. Ze kijken alsof ze net iets zuurs hebben gegeten. En als ze je aankijken, dan schrik je pas echt. Ken je die film 'The exorsist'? En dat lieve meisje waar dan ineens de duivel in naar voren komt? Nou zo'n blik ongeveer. Deze groep is graag kritisch. Met elkaar zijn ze het natuurlijk altijd eens, maar menig moeder die langs loopt ontkomt niet aan hun blik en bij pech ook niet aan hun commentaar. Zo kun je ineens achter je horen : 'Moet je die schoenen zien!' En als je je omdraait, dan kijken ze je aan met een blik van 'wat?!'. Als je ze te lang blijft aankijken dan zeggen ze dat ook: 'Wat?!' Ik onderdruk dan altijd maar de neiging om ze te corrigeren door te zeggen: 'Wat zegt u?'. Er zijn mensen die omlopen om via de andere ingang te gaan, waar dit groepje niet staat. Zo erg is het.

Ik ben nieuw op het schoolplein. Nu niet meer echt nieuw, maar nieuwer dan de meeste andere moeders. Je krijgt niet vaak kinderen die 5 en 7 zijn en dus in groep 3 en 4 zitten. En daar sta je dan, je totaal niet bewust van de schoolpleinettiquette.
Zo heb ik per ongeluk een jongen van een jaar of 10, die eerst mij en daarna bijna mijn kleine meid van haar sokken reed, gezegd af te stappen. Dat deed hij niet en kwam nog een keer langs scheuren. Dus ik heb hem even gestopt door voor zijn fiets te gaan staan, met gevaar voor eigen leven overigens, want hij ging als de duivel. Bleek dit een zoon van het rookgroepje bij de ingang te zijn! Woeps.
Je scoort ook geen punten als je naast het groepje Christelijke moeders bijna over je eigen veters struikelt en net hoorbaar 'verdomme' mompelt.
En toen ik vroeg of Sam niet even aan zijn Oma moest vragen of hij wel bij ons mocht eten en het bleek zijn moeder te zijn, kon ik het joggingpak groepje ook wel op mijn buik schrijven.
Ik ben hondentrainer, dat kun je ook 'Kynologisch gedragstherapeut' noemen, maar ik gok dat ik het daar niet mee ga redden bij het elite-groepje.

Mijn grootste fout is geweest, denken dat er geen groepjes waren. Dat je 'at random' bij ieder groepje kan gaan staan. Want je ziet het niet en op het rookgroepje na, hoor je het ook niet, maar er heerst een koude oorlog tussen de groepjes. Welk groepje organiseert dit jaar het feestje voor de juf? Wie stemt op wie bij de verkiezing voor de ouderraad? Welke ouder heeft het beste kind in lezen of rekenen of schrijven of allemaal? Wiens kind verteld altijd aan de juf wie er stout zijn geweest? Wie verzameld de meeste flessen voor de arme kindjes? En wie mag meehelpen met het kerstfeest dit jaar? En welke ouder heeft gestemd voor een vrije dag met het suikerfeest?
Deze groepjes laten dit allemaal niet aan het toeval over. Ons schoolplein is als het binnenhof in Den Haag gekruist met een willekeurig plein op Sicilië. Politiek en (karakter)moord zijn aan de orde van de dag.
Echt gezellig hoor, je kids van school halen!

Zo liep ik vorige week het schoolplein op in de gietende regen en hoorde achter me 'tssss zie je waar ZIJ geparkeerd heeft?' Mijn auto stond aan de overkant van de weg op een plek waar je eigenlijk niet mag parkeren, maar waar niemand last van je auto heeft. Gezien de gietende regen en de katjes in de auto die net van de dierenarts af kwamen vond ik het gerechtvaardigd daar mijn auto neer te zetten voor een paar minuutjes. Of je daar ook echt niet mag parkeren weet ik eigenlijk niet, ik heb nog geen bord gezien. Maar haast niemand doet het. Ik draai me om, kijk de coupe soleil in kwestie aan. Ik haal adem, draai me om en loop verder. Ik hoor ze lachen. Ik adem nog een keer diep in en weer uit. 'Ik ben de wijste' zeg ik tegen mezelf. En bedenk me nog dat er kinderen bij zijn. Geef je kinderen het goede voorbeeld. Dooooorlopen.
In mijn hoofd bedenk ik wat ik eigenlijk had willen doen.. had ik dat gedaan dan had ik voortaan bij het groepje 'viswijven' moeten gaan staan, of erger het groepje 'eerder veroordeeld voor geweldsdelicten'.